Gereformeerde kerk (GGHV)
Overgenomen
Jeruzalemstraat 95
Kralingen
Rotterdam
Gemeente Rotterdam
Zuid-Holland
Kralingen
Rotterdam
Gemeente Rotterdam
Zuid-Holland
(Kerk)gebouw
| Kerk gebouwd in 1904 als Gereformeerde kerk. | |
| De gemeente werd geïnstitueerd op 15 juni 1930 als Gereformeerde Gemeente in Hersteld Verband. | |
| Kerkrestauratie in 1955. | |
| De kerk en het orgel zijn op 13 september 1955 weer in gebruik genomen. | |
| Na ziekte en overlijden van predikant ds Piet Overduin heeft deze Gereformeerde Gemeente Hersteld Verband zich in 1969 aangesloten bij de Christelijk Gereformeerde kerk aldaar tot heden (zie daar). De kerk telt 1000 zitplaatsen. | |
| Op 27 augustus 1980 werd de gemeente op haar verzoek door de classis Rotterdam met algemene stemmen toegelaten tot het verband van de Christelijke Gereformeerde Kerken. |
Bronvermelding van het (kerk)gebouw
| Boeken | |
| Jongepier, Jan: achter het Friese orgelfront-tentoonstelling orgelbouw (1776-1926)39 |
| Tijdschriften en andere uitgaves | |
| contactbrief voor kerkenverzamelaars 3(1980)13 15 | |
| het Orgel 2(1974)38 |
Orgel locaties
| Naam gebouw | Plaats | Periode |
|---|---|---|
| Gereformeerde kerk (GGHV) | Rotterdam | - |
Orgelhistorie
| b: |
L. van Dam & Zn., Leeuwarden 1910; Fraai front, gesloten orgelkas en uitgerust met mechanische tractuur met sleepladen; M II vp: Hw 11-Bov 9-Ped 4 Op 21 oktober 1910 werd het orgel in gebruik genomen met een bespeling door A. Kentie, organist van de kerk en G.B. van Krieken. |
| r: |
Fa. Valckx & van Kouteren, Rotterdam 1955; het orgel werd volledige omgebouwd en uitgebreid met oudere bestanddelen uit de Christelijk Gereformeerde kerk te Rotterdam-Kralingen (Van Dam, Leeuwarden, 1910). Het front werd gemoderniseerd en kreeg een zogenaamde open opstelling, de tractuur werd electro-pneumatisch. De sleepladen bleven wel in functie, een de windlade van het pedaal werd met drie tonen vergroot. Het orgel kreeg 13 nieuwe stemmen; EP Hw 11-Pos 10-Ped 11 de restauratie was onder advies van de Gereformeerde Organistenvereniging Op 13 september 1955 werd het orgel weer in gebruik genomen, tegelijk met het gerenoveerde en gemoderniseerde kerkgebouw. Het orgel werd hierbij bespeeld door de vaste organist, Cor Hansum. |
Dispositie
| 1910 (Van Dam): | |
| Hoofdmanuaal C-g3 | |
| Bourdon 16, Prestant 8, Violoncel 8, Holpijp 8, Octaaf 4, Roerfluit 4', Quint 3, Octaaf 2, Cornet IV, Mixtuur III, Trompet 8 | |
| Bovenmanuaal C-g3 | |
| Salicionaal 8, Roerfluit 8, Viola di Gamba 8, Aeoline 8, Prestant 4, Fluit Harmonique 4, Fugara 2, Sesquialter II, Clarinet 8. | |
| Pedaal C-d1 | |
| Subbas 16, Fluitbas 8, Octaaf 4, Basson 16 | |
| Fraai front, gesloten orgelkas en mechanische tractuur met sleepladen | |
| 1955 (Van Dam/Valckx & van Kouteren): | |
| Hoofdwerk C-g3 | |
| Bourdon 16, Prestant 8, Holpijp 8, Violon 8, Octaaf 4, Roerfluit 4, Prestantquint 2 2/3, Octaaf 2, Cornet IV, Mixtuur VI, Trompet 8 | |
| Positief C-g3 | |
| Roerfluit 8, Salicionaal 8, Quintadena 8, Prestant 4, Flûte Harmonique 4, Flageolet 2, Quintfluit 1 1/3, Sesquialter II vanaf c°, Scherp III, Echo Trompet 8, Tremulant | |
| Pedaal C-f1 | |
| Resultantbas 32 (akoestisch), Prestant 16, Subbas 16, Gedektbas 16, Octaafbas 8 (unit), Fluitbas 8, Bourdon 8, Koraalbas 4, Ruispijp III, Basson 16, Trombone 8 | |
| Koppelingen: Manuaal I-Manuaal II, Pedaal-Manuaal I, Pedaal-Manuaal II, Pedaal-Manuaal II Super | |
| Speelhulpen: Vrije combinatie, Automatisch pianopedaal (instelbaar), Generaal crescendo | |
| Toets- en registertractuur: Electro-pneumatisch. |
Foto: Stichting Orgelcentrum
Bronvermelding van bovenstaand orgel
| Boeken | |
| Geen informatie aanwezig | |
| Tijdschriften en andere uitgaves | |
| Geen informatie aanwezig | |
Laatste update: 2017-06-19 15:45:11