Hervormde Grote kerk - Oude kerk
In gebruik
Den Dam
Peulenstraat 234
Hardinxveld

Gemeente Hardinxveld-Giessendam
Zuid-Holland

(Kerk)gebouw

"Bij den Dam" werd in ?? een kapel gebouwd, de kapel van Hardinxveld. Een dependance van de Hardinxveldse parochiekerk (op dezelfde plaats als de tegenwoordige Hervormde kerk). In het begin van de 80-jarige oorlog werd de kapel door de Spanjaarden als wachthuis voor de soldaten gebruikt. De oude kapel had na de 80-jarige oorlog zijn beste tijd gehad.
In 1658 werd aan de classis Dordrecht geld voor het vernieuwen van de kapel gevraagt. De Staten staan een bedrag van f 1000,00 toe. Hiermee zijn de voornaamste gebreken verholpen, maar het blijft lapwerk. In 1692 heeft men het alweer over de bouwvalligheid van de kapel. In 1698 is de oude kapel afgebroken, opnieuw opgebouwd en vergroot tot RK kerk onder leiding van architect Frederick Schoonenburch.
Op 22 maart 1699 werd de eerste preek in het nieuwe kerkgebouw gehouden.
Voor Pompejus de Roovere (1645-1722), heer van Hardinxveld vanaf 1653, werd in de kerk van Boven-Hardinxveld een gedenkteken opgericht. Bij de verbouw van de kerk in 1935 wilde men deze tombe kwijt en is hij overgebracht naar de Grote kerk te Dordrecht.
Achter de in 1821 gebouwde nieuwe toren stond nog steeds het oude kerkgebouw, dat na 1840 niet meer voldeed aan de eisen die men aan een waardig "Huis des gebeds" stelde. Men was tot de conclusie gekomen dat de kerk in staat van bouwvalligheid verkeerde en dat afbraak en nieuwbouw de beste oplossing leek. Op 12 april 1843 was de aanbesteding en op 3 december 1843 van hetzelfde jaar werd er de eerste kerkdienst in gehouden. De kerk had een typisch protestants interieur, zonder overbodige versieringen, met banken voor de mannen langs de muren en op de galerijen, en stoelen voor de vrouwen in het midden. Alles gericht op de kansel en de lessenaar van de voorzanger-voorlezer.
Tussen de bouw van de kerk in 1843 en de totale inwendige vernieuwing van 1963, zijn er verschillende veranderingen aangebracht en kreeg de kerk bij legaat enkele waardevolle geschenken. In 1845 schonk Wouter Bornwater een zilveren avondmaalstel. Evenals het avondmaalstel is het doopvont via een erfenis aan de kerk geschonken.
Het is aan het uiterlijk van de toren uit 1821 al te zien, dat de constructie van het bovenste deel met de beide houten koepels, door de jaren heen veel onderhoud vraagt. Het bouwwerk was nog maar 25 jaar oud, toen er al ijzeren versterkingen tussen de kolommen die de koepels ondersteunen, moesten worden aangebracht. Na de grote storm van pinkeren 27 mei 1860, verkeerde het hele bovenstuk van de toren in een dusdanige bouwvallige staat, dat er iets moest gebeuren. Volgens deskundigen moest het hele houten gedeelte vernieuwd worden. De kerk betaalde in 1860 voor reparaties aan kerkportaal en toren, terwijl ook de wijzerborden overgeschilderd werden.
Rond 1910 is de bovenbouw van de toren weer grondig opgeknapt. In de tweede wereldoorlog werd de toren als uitkijkpost voor de luchtbescherming gebruikt. Toen is er op de omloop een houten verblijf getimmerd. In 1942 of 1943 werden de beide klokken op last van de Duitse bezetter uit de toren gehaald en afgevoerd om tot oorlogstuig omgesmolten te worden.
In juli 1946 bestelden de kerkvoogden weer een tweetal nieuwe klokken. Zij waren niet het enige kerkbestuur, de klokkengieterijen hadden het in deze tijd het druk. Pas in maart 1948 konden de klokken worden afgeleverd. 11 maart werden ze pgehangen en zaterdag 13 maart in gebruik genomen.
In 1913 werd de bestaande kerk vergroot, terwijl tegelijkertijd een nieuwe consistorie, met kerkekamer en cathechisatielokaal gebouwd. Behalve dat er aan de noordzijde een uitbouw kwam, moest, omdat voordien op deze plaats de preekstoel stond, het hele kerkmeubilair van de ene zijde naar de andere worden verplaatst.
Op 10 oktober 1913 werd de preekstoel op z'n nieuwe plaats gezet, terwijl op 18 oktober het klankbord er weer bovengezet werd. Op 17 november 1913 kon de kerk weer in gebruik worden genomen. Tijdens deze verbouwing heeft men een paar maanden gastvrijheid gekregen in de Gereformeerde kerk.
In het begin van deze eeuw werden de grote ijzeren kroonlampen, die het kerkgebouw oorspronkelijk met kaarsen verlichtten, omgebouwd voor gasverlichting. Een grote verandering was de invoering van het electrisch licht in september 1949. De kronen werden uit de kerk verwijderd, terwijl aan de stuc-lijsten langs het plafond en onder de galerijen TL-buizen werden aangebracht. In 1931 werd centrale verwarming in de kerk aangelegd.
In 1906 werd te Utrecht de Gereformeerde Bond in de Hervormde kerk opgericht. De kerkelijke gemeente Giessendam en Nederhardinxveld was een van de eerste in de omgeving die tussen 1908 en 1917 overging naar de Gereformeerde Bond.
Op donderdag 22 december 1955 werd de Nieuwe kerk aan de Nieuweweg in gebruik genomen. Van die dag af is de Grote kerk op Den Dam de Oude kerk geworden.
De laatste grote opknapbeurt kreeg de toren in 1958. Hierbij werd het klassieke hougten fronton boven het ingangsportaal vervangen door een wat vereenvoudigd betonnen exemplaatst.
De Oude kerk werd in 1962/63 gerestaureerd en verbouwd onder leiding van architect A van Essen. De laatste preek voor de restauratie werd op 1 juli 1962 gehouden. Tijdens de verbouwing werden er kerkdiensten gehouden in de kerkgebouwen van de Gereformeerde kerk (vrijgemaakt) en de Gereformeerde Gemeente, en in het verenigingsgebouw Nebo.
De oude banken werden verkocht. Voor de bouwvakvakantie was het oude orgel uit de kerk verwijderd en alles gesloopt, terwijl daarna de opbouwwerkzaamheden konden beginnen. De kerk werd gemoderniseerd, alleen het orgel, het onderstuk van de preekstoel en de psalmbordjes bleven over. De kerkmeubelen veranderden allen van plaats en kleur. Zelfs de kerkramen en de buitendeuren aan de zijde van de Peulenstraat werden gemoderniseerd. Een nieuwe aanwinst was de door een aantal gemeenteleden geschonken kopeeen kaarsenkroon uitgevoerd in historische vorm.
Op donderdag 10 oktober 1963 kon het kerkgebouw plechtig worden overgedragen aan de kerkeraad.
In 1972 was de toren weer aan een restauratiebeurt toe. Vooral het bovenste deel was bijzonder slecht.
In 1977 kwam het nieuwe bijgebouw achter de Oude kerk gereed.

Bronvermelding van het (kerk)gebouw

Boeken
Breejen, drs P. den: Van Geslachte tot Geslacht - 250 jaar hervormde gemeente Giessendam-Nederhardinxveld
Os, drs J.F. van: langs nederlandse orgels II 48
Tijdschriften en andere uitgaves
de Mixtuur 11(1973)197, 20(1977)422
de orgelmakers Witte (1978)40 foto 53* 66; Stichting Orgel Grote Kerk Gorcum
het Orgel 1(1974)23

Orgel locaties

Naam gebouw Plaats Periode
Hervormde Grote kerk - Oude kerk Hardinxveld -

Orgelhistorie

b: Johann Frederik Witte (geassociƫerd met J. Batz & Co), Utrecht 1875. Het orgel werd geplaatst op de achtergalerij. Omdat men geen zitplaatsen wilde missen, werd het hoog boven de galerij, bijna tegen het plafond gezet.
De ingebruikneming van het orgel vond plaats tijdens de oudejaarsavonddienst in 1875
b: Fa. A. Standaart 1913
b: Nicolaas Anthonie Naber & Cie. en Karel Marinus van Puffelen, Zaltbommel 1857 voor GELDERMALSEN Ned Hervormde kerk
o: VINKEVEEN Ned Hervormde kerk
o/r: 1962/63; de mogelijkheid het orgel "te trappen" kwam te vervallen
- In 1975 werd het 100-jarig bestaan van het kerkorgel in de Oude kerk herdacht met een orgelbespeling op 8 november door de organist Jan van Weelden

Dispositie

Geen informatie aanwezig

Bronvermelding van bovenstaand orgel

Boeken
Geen informatie aanwezig
Tijdschriften en andere uitgaves
Geen informatie aanwezig
Laatste update: 2018-06-02 18:33:24