Hervormde Domkerk - St Maarten
In gebruik
Foto: Flip Veldmans
Domplein 28
Utrecht

Gemeente Utrecht
Utrecht

(Kerk)gebouw

De Dom is de oudste bisschopskerk met een hoge toren.
Sinds de 7e eeuw hebben op deze plek Sint Maartenskerken gestaan. Op deze plek stichtte Willibrord in 695 twee kerken: St. Maarten en St. Salvator.
De kerk is in 1023 gewijd door bisschop Adelbold.
In de 11e eeuw ontwiep bisschop Bernold een kruis van kerken rondom de toenmalige, Romaanse Dom. De Janskerk, Pieterskerk bezitten nog grote delen uit die periode. Van de Pauluskerk en de Mariakerk is nog maar weinig over. Deze kerken waren, net als de volledig verdwenen St. Salvator, kapittel- of kloosterkerken.
Voor het gewone volk waren er vier parochiekerken in hun middeleeuwse vorm bewaard gebleven: de Buurkerk, de Nicolasskerk, de Jacobikerk en de Geertekerk.
Van de kerken van de grote kloosters is alleen de St. Catharinakerk nog over. Van de kleine kloosters hebben de kapellen van het Agnietenklooster en van het St. Ursulaklooster (nu Lutherse kerk) de tand des tijds doorstaan.
De laatste kerk is - als enige in de noordelijke Nederlanden - gebouwd in Noordfrans-gotische stijl van 1254 tot 1520, toen is de bouw van het schip gestopt.
De eerste steen werd in 1254 gelegd door bisschop Hendrik van Vianden. De voortzetting van het werk dateert eerst van 1288.
Koor naar het oosten gericht, de beide zijschepen naar het noorden en het zuiden, het langschip naar de Domtoren - gebouwd tussen 1321 en 1382 en 112,50 meter hoog - bouwheer mr Aert van den Doem.
De Dom was een kapittelkerk: de kanunniken kwamen er bijeen voor hun getijden. Het publiek kon plaatsnemen in schip en dwarsbeuken. Hoog- en laagkoor waren uitsluitend bestemd voor de kanunniken, de banken staan tegenover elkaar.
In 1254 stond de romaanse voorganger van de huidige kerk er nog, naarmate de bouw vorderde brak men de oude romaanse kerk af.
De vijf straalkapellen van het koor met omgang zijn voor 1295 gebouwd.
Het koor bezat een volledige constructie met stenen gewelven en luchtbogen, deze ontbraken echter bij het transept en het schip.
Kapel voor Guy van Avesnes, bisschop van Utrecht, overleden in 1317.
Kapel voor Jan van Arkel, overleden in 1378, bisschop van Utrecht.
Kapel voor bisschop Rudolf van Diepholt, bisschop van Utrecht overleden in 1455, aan de zuidzijde van het koor. De kapel is gesticht in 1454, de grafkapel is in 1464 voltooid door Dombouwmeester Jacob van der Borch.
Grafzerk van kanunnik Anthonis Pot.
De koorlantaarn en de lichtbeuk van het koor zijn later voltooid, de kap in 1566.
De bouw en aankleding van het schip zijn in de 16e eeuw voltooid.
Orkaan op 1 augustus 1674; de complete torenpartijen en het hele middenschip stortte in, de toren en de kerk werden voorgoed gescheiden (achteraf is de reden van het instorten van het middenschip wel te verklaren: met de bouw werd begonnen is 1254, het koor en de transepten werden solide uitgevoerd, met een stelsel van steunberen, schoren en luchtbogen, voor dit systeem, noodzakelijk voor een lichte en stevige constructie, was ter hoogte van het schip geen ruimte, daardoor was het schip zwak van constructie). En na het ruimen van het puin bleef tussen toren en koor een plein over dat we nu het Domplein noemen.
Vanuit het theehuis is duidelijk te zien hoe kerk, pandhof en kapittelzaal een geheel hebben gevormd.
De kooromgang heeft een krans van kapellen, vóór de Reformatie rijk geornamenteerd met beeldhouwwerk, schilderingen en gebrandschilderde ramen.
Behalve graftomben waren er mooi versierde altaren
Tot in de 16e eeuw is aan de kerk gebouwd totdat de Reformatie in 1576 een einde maakte aan dergelijke geldverslindende projecten.
Sinds de Reformatie (beeldenstorm in 1580) vanaf 1581 is de kerk, met een kleine onderbreking van 1672/73 (de Fransen geven de Domkerk aan de katholieken), gebruikt voor de protestante eredienst. Op 15 januari 1581 was de eerste Hervormde kerkdienst in de Domkerk.
In de 16e eeuw geen orgelbegeleidigen tijdens de diensten, wel orgelconcerten. In de 17e eeuw waren er 325 concerten per jaar. In 1685 weer orgelbegeleiding van de gemeentezang.
De verwoestende storm van 1674 maakt het het schip een ware puinhoop. Na het ruimen van het puin bleef tussen toren en koor een plein over: "het Domplein".
Schokkende sporen van de beeldenstorm (1580) aan het "heilig graf" en het altaar retabel "Anna te drieën". Het altaarretabel Anna te Drieën was geschonken door Anthonis Pot.
Op de plaats van het voormalig hoogaltaar het praalgraf van admiraal van Gendt, kanunnik van de Domkerk (gesneuveld in zeeslag tegen de Fransen in 1672), vervaardigd door de beeldhouwer Rombout Verhulst in 1676 (1672).
Het toegangshek is uit de 17e eeuw.
De resten van de tombe is gebruikt als vloertegels. Sinds de middeleeuwen waren er graven in de kerk. De graven zijn in 1825 afgeschaft en de graven geruimd.
Er resten nog twee kapellen, een derde is in 1847 gesloopt.
In 1826 is het laatste puin van het oude middenschip geruimd, ter afsluiting van de westelijke transeptwand ontwierp de Brusselse architect Tieleman Suys, een ensemble dat tot 1935 heeft bestaan, daarna een vlakke afsluiting.
Kerk in 1882 gerestaureerd door architect Nieuwenhuizen.
De fraaie neo-gotische deur naar de consistoriekamer is in 1891 aangebracht.
Preekstoel, meubilair en banken gemaakt door Willem Penaat, t uit 1925/26.
In de dwarsbeuken en links en rechts hoog in de transepten de glas-in-loodramen van R.N. Roland Holst. Naar het zuiden het 25 meter hoge raam met uitbeeldingen van de vier evangelisten. Naar het noorden een raam uit 1936 met voorstellingen uit het Oude Testament.
De muurschilderingen in het zuider-dwarsschip uit de 15e eeuw zijn in 1919 ontdekt.
Interieurrestauratie van 1921 tot 1938 onder leiding van architect Slothouwer. De preekstoel, banken, galerijen met trappen, door architect Suys aangebracht, werden verwijderd. Het roosvenster boven het orgel werd gedicht.
Nieuwe preekstoel, banken en betimmeringen van de binnenhuisarchitect W. Penaat uit 1924. De eikenhouten bank is een restant van de koorgestoelten uit 1563.
De ingangspartij door Suys in 1825 ontworpen werd in 1935 afgebroken, op de verdieping bevond zich de balgenkamer met 9 balgen. Dit balgenhuis, de "puist van Suys" genaamd, werd gesloopt.
De drie koperen kronen - welke indertijd verkocht werden naar Engeland - zijn door bemiddeling van burgemeester jhr mr C.J.A. de Ranitz in juli 1951 teruggegeven aan de gemeente Utrecht.
Al bij de eerste grote opgraving op het Utrechtse Domplein in 1929 werd de vraag gesteld naar de aanwezigheid van de eerste kerken aldaar. Het resultaat bleef echter decennialang onduidelijk.
Reeds in 1968 was er een plan tot completering van de gotische ornamentiek van het exterieur. Aan de voet van de daken zijn alle balustrades weer aangebracht. Twaalf nieuwe streekpijlerbekroningen voltooien de gotische architectuur van de kerk.
Enkele moderne toevoegingen zijn: de inrichting van de Dom-Proostenkapel als kamer voor de pastor, de inbouw in de Blasiuskapel aan de noordzijde, het nieuwe portaal vóór de buitendeur in de kapel van Sierck, de inrichting van het zuidoostportaal als winkel en tegen de zuidgevel van het koor gebouwde theehuis met uitzicht op het pandhof.
De doopvont uit 1978 (1974) is gemaakt door Taeke de Jong.
Avondmaalstafel uit 1986 van Teus van Hoogevest.
Grote restauratie van 1982 tot 1986 onder leiding van architect ir Teus van Hoogevest. De gemeente gebruikte toen de Pieterskerk voor de erediensten.
De kerk is op 2 februari 1986 weer met een feestelijke dienst in gebruik genomen. In de daarop volgende feestweek werd het Bätz-orgel weer bespeeld.
De restauratie van de buitenkant van de kerk is voltooid in 1988.
Kerk op 17 juni 1988 officieel overgedragen aan de Hervormde gemeente in aanwezigheid van koningin Beatrix. Daarmee is een eind gekomen aan een van de grootste restauratieprojekten ooit in ons land verricht.
De Utrechtse restauratiearchitect Leo Wevers heeft het plan het schip te herbouwen op de manier van de Sagrada Familia van Barcelona, een project dat generatie-overschrijdend is waaraan misschien wel honderd of meer jaren gebouwd kan worden.
Kunstenaar Theo van de Vathorst ontwierp de bronzen deuren voor de Domkerk. Vrijdag 26 september 1996 zijn ze officieel in gebruik genomen. Ze tonen episoden uit het leven van Sint Maarten.

Bronvermelding van het (kerk)gebouw

Boeken
Geen informatie aanwezig
Tijdschriften en andere uitgaves
Geen informatie aanwezig

Hoofdorgel

Orgel locaties

Naam gebouw Plaats Periode
Hervormde Domkerk - St Maarten Utrecht -

Orgelhistorie

b: Anthonie van Elen, Maastricht 1404 (1434); M II: Hw-Rw
b: mr Peter Jansz de Swart, Utrecht 1569/71, renaissance-orgel, orgelluiken 1570; M III vp: Hw 1,Rw 9-Bov 9-Ped 2
orgel gekeurd door organisten Niclaes Wieringen te Haarlem en Cornelis Busschop te Delft
r: Galtus Germer en zoon Germer Galtus 1640; reparatie
r: Johannes Hoffman 1653/54
r: 1709; omvang manuaal Positief met 4 hoge tonen vermeerderd
r: 1727; Hoofd- en Rugwerk kregen een koppel; M III vp: Groot Man 5-Rugpos 9-Bov 9-Ped 2
het orgel is afgebroken
b: Jonathan & Johann Bätz, Utrecht 1825/31; frontontwerp van de Brusselse rijksbouwmeester Tilleman Francois Suys. Het orgel werd uitgevoerd in neo-gotieke stijl gecombineerd met een aantal classicistische elementen. Met pijpwerk van het renaissance-orgel van Peter Jansz de Swart uit 1571; M III vp: Hw 13-Rw 13-Bov 13-Ped 11

Dispositie

1727 (??):
Groot Manuaal F-c3
Prestant 16, Octaaf 4, Quint 3, Super octaaf 2, Mixtuur
Rugpositief F-c3
Prestant 8, Quintadena 8, Octaaf 4, Super octaaf 2, Fluit 2, Sexquialtera II, Mixtuur, Scharp, Touzijn 8
Boven Manuaal C-c3 kort octaaf
Prestant 8, Holpijp 8, Octaaf 4, Fluit 4, Gemshoorn 2, Flageolet 1, Tertiaan, Trompet 8, Vox humana 8
Pedaal
Trompet 8, Touzijn 8
aangehangen aan Groot Manuaal
Nevenregisters: Tramblant, Koppeling, Afsluitinge, Ventil
 
1571 (De Swart):
Hoofdwerk F G A-g2 a2
Blokwerk 16
Rugwerk F G A-g2 a2
Prestant 8, Quintadeen 8, Octaaf 4, Superoctaaf 2, Fluit 2, Mixtuur, Scherp, Toesijn 8, Schalmei 4
Bovenwerk C D E F G A-g2 a2
Prestant 8, Holpijp 8, Octaaf 4, Fluit 4, Nasard 2 2/3, Gemshoorn 2, Sifflet 1, Trompet 8, Kromhoorn 8
Pedaal F G A-c1
Aangehangen aan Hoofdwerk
Trompet 8, Toesijn 8
 
1831 (Bätz):
Hoofdwerk C-f3
Prestant 16, Bourdon 16, Octaaf 8, Roerfluit 8, Octaaf 4, Gemshoorn 4, Gemshoorn 4, Quint 3, Octaaf 2, Woudfluit 2, Sexquialter IV, Mixtuur IV-VIII, Fagot 16, Trompet 8
Rugwerk C-f3
Prestant 8, Holpijp 8, Quintadeen 8, Octaaf 4, Roerfluit 4, Quint 3, Octaaf 2, Fluit 2, Mixtuur III-VI, Scherp III-IV, Cornet V, Trompet 8, Tousijn 8, Tremulant

Geen
foto
beschikbaar

Bronvermelding van het hoofdorgel

Boeken
Bouman, mr A.: Nederland Orgelland 103 afb VI-6*, uitgave Spruyt, van Mantgem & de Does, Leiden 1964
Brouwer: orgelluiken in Ned 16-17 24 27 52-54 55 afb. 71*
Brouwer: sleutelstad-orgelstad 11 27
Dijk, Peter van/Oost, Ger: Utrecht Orgelstad (1981)1*
Gierveld: het ned huisorgel in de 17e en 18e eeuw 23 176
Gregoir, Edouard Georges Jacques (1822-1890): Historique de la facture et des facteurs d'orgues, Antwerpen (1865)34 65 78 112 114 118 127 144 177 216 218 221 223 242 246 247 248 250 252 253 254 267 268 269 282
Jongepier, Jan: langs nederlandse orgels III 10 43 44 45 145*, uitgave Bosch & Keuning te Baarn
Kriek, Hans/Zandt: Organum Novum 8
Kruijs, M.H. van 't: disposities der verschillende orgels (1885)18
Luteijn, A.C.M.: de orgelpijp uit (1976)86*; bosch & keuning, baarn
Martijnse: orgelgeschiedenis van de stad Delft 21
Oost, Ger/Wisgerhof, Bert: er staat een orgel 56-58* 112
Os, drs J.F. van: langs nederlandse orgels II 50, uitgave Bosch & Keuning te Baarn
Vente: orgels en organisten van de Dom
Tijdschriften en andere uitgaves
150 jaar Adema Orgelbouw sinds 1855 (2006)55 57 64 65
brochure-Oost: Gebr. Bätz 4* 19-23 (4 foto's)*
contactbrief voor kerkenverzamelaars 15(1986)21, 19(1988)18, 37(1997)26, 64(2010)31
de Mixtuur 9(1973)152, 11(1973)328-330, 12(1973)233, 17(1975)344, 20(1977)423, 34(1981)118 119 125 126 135, 35(1981)192 195, 38(1982)320, 51(1985)2-4 29, 77(1994)881, 80(1995)1028
de Orgelvriend 1(1976)20-23 (9 foto's)*, 9(1980)21*, 10(1980)1*, 12(1981)6*, 1(1987)1*, 2(1987)14
de orgelmakers Witte (1978)18 22 27; Stichting Orgel Grote Kerk Gorcum
het Orgel 7(1961)159* 163-164, 11(1965)401-402, 10(1973)287-288, 11(1974)373, 5(1975)181, 1(1976)8* 9 17-22 (5 foto's)*, 4(1980)119-121*, 2(1986)62. 7/8(1996)voorplaat* 4*
kerken . . . monumenten; uitgave Rijksdienst voor de Monumentenzorg 1983 foto*
kerken kijken Utrecht 1 juli t/m 13 september 1997*
kerkepadgids (1978)11 bijlage, (1980)80, (1983)108, (1988)69-70* 74
monumentenzorg: historische orgels juni(1981)*
orgels in Ned 46
stichting Utrecht Orgelland: orgelfronten in de prov Utrecht (1850-1914)7* 30
Laatste update: 2018-10-19 12:12:26