Hervormde Grote kerk
In gebruik
Grote Dam 6
De Rijp

Gemeente Alkmaar
Noord-Holland

(Kerk)gebouw

De Rijp is rond 1400 gesticht als havenplaatsje voor het nabijgelegen Graft.
Twee eeuwen later in 1607 maakt De Rijp zich los van Graft. Aan het begin van de Gouden Eeuw kan De Rijp zich in rijkdom en inwonertal meten aan stadjes als Purmerend en Monnickendam.
De Rijp is in de loop van haar geschiedenis meer dan eens getroffen door grote branden. Drie ervan, in 1654, 1657 en 1674, treffen het dorp op het hoogtepunt van haar bloei.
Kapel gebouwd in 1467.
Het huidige schip is in 1529 gebouwd.
In 1572 gaan de kerken van Graft en De Rijp over in protestantse handen.
Uitbreiding kerk in 1635/38 met een koor en dwarspand naar een ontwerp van architect Leeghwater. De toren is aanzienlijk hoger en voorzien van een carillon.
Brand in 1654. Een groot deel van het dorp en de kerk ging in vlammen op. Het carillon ging verloren en niet hersteld.
In 1655 is de kerk in gotiserende stijl herbouwd.
In de tweede helft van de 17e eeuw vond een onbekrompen inrichting plaats, bestaande uit eikenhouten kerkmeubilair, koperwerk en doophek. De zeskantige preekstoel is vervaardigd door Hendrick de Bruno.
In de jaren 1655-1657 zijn 23 gebrandschilderde ramen aangebracht.
De toren en het westelijke travee zijn in 1661 aan de kerk toegevoegd.
In 1663 zijn twee nieuwe luidklokken gegoten.
Kerkrestauratie in 1922/23 onder supervisie van architect A.A. Hes. Architect Penaat heeft bij die gelegenheid het orgel naar het noorder transept laten verplaatsen. Ook ontwierp hij een nieuw front, in een door de Amsterdamse school beïnvloede stijl. Op een eiken onderbouw, waarin het wapen van De Rijp in snijwerk is opgenomen, kwamen de frontpijpen van 1854 te staan in één vlakke rij.
In de jaren ’70 werden voorbereidingen getroffen voor een omvangrijke kerkrestauratie. In het kader daarvan is ook het orgel gerestaureerd. De balustrade werd nieuw gemaakt. Het schilderwerk is in geelgroen hersteld, afgezet met witte biezen door Fa. Jan Schoen te Zaandam.
Restauratie in 1981/82.
De gerestaureerde kerk is op 20 maart 1980 weer in gebruik genomen.
Eén miljoen guldens zijn er nodig om de gebrandschilderde ramen te herstellen (bericht uit 1990). Ze zijn sterk aangetast door verweringsverschijnselen, onder andere zure regen.
PKN-kerk.

Bronvermelding van het (kerk)gebouw

Boeken
Gregoir, Edouard Georges Jacques (1822-1890): Historique de la facture et des facteurs d'orgues, Antwerpen (1865)173 212
Jongepier, Jan: langs nederlandse orgels III 21 47 94*, uitgave Bosch & Keuning te Baarn
Kruijs, M.H. van 't: disposities der verschillende orgels (1885)104, uitgave Frits Knuf, Amsterdam 1972
Tijdschriften en andere uitgaves
contactbrief voor kerkenverzamelaars 25(1991)24
de Mixtuur 3(1971)43 44, 5(1971)71, 39(1982)353, 68(1991)459 467
de orgelmakers Witte (1978)25 foto 24* foto 25* foto 26* 64; Stichting Orgel Grote Kerk Gorcum
het Orgel 4(1965)137, 2(1974)80, 4(1976)133, 6(1989)290-294 (5 foto’s)*
kerkepadgids (1985)11-12*

Orgel locaties

Naam gebouw Plaats Periode
Hervormde Grote kerk De Rijp -

Orgelhistorie

b: Nicolaas Adolf Willembroek 1728, gewezen knecht van Franz Caspar Schitner; M II ap: Hw - Ow
- onderhoud Joh. Strumphler
- onderhoud Knipscheer
- bestek opgesteld door Fa. J. Bätz & Co, Utrecht , gedateerd 12 september 1852
o: oude orgel naar ILPENDAM Ned Hervormde kerk Johs van Nieuwkerk & Flaes, Amsterdam 1855
b: Christian Gottlieb Friedrich Witte (Fa. J. Bätz & Co), Utrecht 1854; op een galerij in het koor van de kerk aan de oostzijde, waar naar alle waarschijnlijkheid ook het Willembroek-orgel heeft gestaan
Het bestek is gedateerd op 12 september 1852. Door een timmerman ter plaatste werd een nieuwe galerij gemaakt.
In de tweede helft van juni 1854 arriveerde het orgel per schip waarop met de opbouw werd begonnen: M II ap: Hw 10-Bov 7
adviseur Jacob Kwast, organist van de Grote kerk te Purmerend
Op 20 augustus 1854 vond de ingebruikneming plaats met een bespeling door Jacob Kwast
het orgel bleef altijd gaaf bewaard, uitgezonderd het front.
- de Fa. Spanjaard demonteerde het orgel in 1922 in verband met de kerkrestauratie
- architect Hes had grote bezwaren tegen herplaatsing met het bestaande front en liet een nieuw front ontwerpen door architect W. Penaat
o/r: Fa. Hendrik Spanjaard, Alkmaar 1923; ombouw en verplaatsing naar het noorder transept. De magazijnbalg met balans-trapinstallatie stond oorspronkelijk op de galerij, maar werd in de situatie van 1923 onder het orgel geplaatst. Er kwam een windmotor.
In 1923 is het instrument weer in gebruik genomen
Intussen verslechterde de toestand van het orgel, vooral door lekkage van de windladen
r: Flentrop Orgelbouw, Zaandam 1981, het orgel bleef in het noordertransept. Recontructie van het oude front. Aan de dispositie is nooit iets gewijzigd. Het snijwerk werd bijgemaakt door de Fa. de Wit te Waddinxveen. De laden werden gerestaureerd. Verrassend was de vondst van regulateurs, verbonden aan de onderkant van de windladen.Omdat de ruimte onder het orgel thans wordt ingenomen door een kleine keuken, werd besloten de balg weer op de galerij te plaatsen; M II ap: Hw 10-Bov 7
adviseur Jan Jongepier
Ingebruikneming orgel op 15 januari 1982 met een bespeling door Jan Jongepier

Dispositie

1885 (volgens van ’t Kruijs):
Hoofdmanuaal
Bourdon 16, Prestant 8, Roerfluit 8, Octaaf 4, Fluit 4, Quint 3, Octaaf 2, Mixtuur V, Cornet V, Trompet 8
Bovenmanuaal
Prestant 8, Holfluit 8, Gamba 8, Salicet 4, Roerfluit 4, Nazard 3, Gemshoorn 2
Pedaal
aangehangen
Koppeling
Ventiel
 
1981:
Hoofdmanuaal (I) C-f3
Bourdon 16, Prestant 8, Roerfluit 8, Octaaf 4, Fluit 4, Quint 3, Octaaf 2, Cornet V discant, Mixtuur V 2, Trompet 8 bas/discant
Bovenwerk (II) C-f3
Prestant 8 (C-Fis gec. met Prestant 8 van het Hw), Holfluit 8, Gamba 8 (C-H gec. met Holfluit), Salicet 4, Roerfluit 4, Nazard 3, Gemshoorn 2
Pedaal C-c1
aangehangen
Koppel B.K. (= manuaalkoppel)
Ventiel
Foto: Anton van Daal

Bronvermelding van bovenstaand orgel

Boeken
Geen informatie aanwezig
Tijdschriften en andere uitgaves
Geen informatie aanwezig
Laatste update: 2018-06-02 12:05:35