RK klooster Missionarissen van Afrika (M.AFR.; WP; PA; PB; WF)

Niet in gebruik

(Kerk)gebouw

Patroonheilige: Onze Lieve Vrouw van Afrika.

Alternatieve namen: Missionarissen van Afrika; Witte Paters; Sociëteit der Missionarissen van Afrika; Patres Albi; Pères Blancs; White Fathers. Afkorting: M.AFR.; WP; PA; PB; WF. Stichtingsjaar: 1868. Stichter, stichteres:

kardinaal Charles Martial Allemand Lavigerie. Land of plaats stichting: Algiers (Algerije). Vestiging Nederland: 1889.

Doelstelling: Pastoraal werk; missiewerk. Doelstelling van de congregatie is een internationale beweging, gericht op de Afrikaanse mens, om te bemiddelen tussen continenten, en te werken aan een betere verstandhouding door interculturele en interreligieuze dialoog, met bijzondere belangstelling voor de Islam, vrede, gerechtigheid en zorg voor de schepping.

Geschiedenis: De latere kardinaal Lavigerie stichtte in 1868 in Algiers de Missionarissen van Afrika als een missiesociëteit. Vooral onder de naam "witte paters" zijn zij bekend geworden. Ze danken deze naam aan hun kleding, overgenomen van de plaatselijke bevolking: een witte gandourah (toga), een witte burnous (cape met capuchon), en een rode fez. Als geloofsteken droegen ze een gebedssnoer (rozenkrans) om de hals. Ze legden geen geloften af, maar een eed van trouw en ze leefden een eenvoudige levensstijl na. De eerste vestiging in Nederland was in Huize Gerra te Haaren (Noord-Brabant) in 1889. De eerste contacten verliepen via oud-Zouaven door propaganda van de Broeders van St. Louis, Oudenbosch. Vanaf het begin waren er dus leken bij de beweging betrokken. In 1908 verkreeg dit apostolisch genootschap pauselijke goedkeuring. Ook de Nederlandse Witte Paters waren actief in de missie en in het apostolaat. De eerste Nederlandse Missionaris van Afrika was broeder G. Mertz (1882). Na nog vier broeders volgde de eerste priester J. de Louw (1888). In totaal waren er 906 Nederlandse Missionarissen van Afrika, 334 broeders, 566 priesters en 6 bisschoppen. Tegenwoordig komen nieuwe leden uit andere landen, voornamelijk uit Afrika.

Missielanden: Algerije (1868); Brazilië; Burkina Faso (1923); Burundi; Ethiopië; Ghana (1906); Ivoorkust; Kenia; Kongo (1894); Malawi; Mali; Mauritanië; Mozambique; Nigeria; Oeganda; Rwanda, Senegal; Tanzania (1878); Tsjaad; Tunesië (1868); Zambia; Zuid-Afrika. Thuisfront: West-Europa; Canada; Verenigde Staten; Jeruzalem; Mexico; Brazilië; India; Filippijnen.

Vestiging in het pand: 1889. Activiteiten: Vorming broederkandidaten; contacten leggen in Nederland voor de internationale Sociëteit voor Afrikaanse Missiën.

Geschiedenis: Op 19 oktober 1889 kwam het eerste groepje Missionarissen van Afrika naar Nederland om grotere bekendheid te geven aan de Sociëteit en om missionarissen te werven. Deze missionarissen waren: de Franse paters Jamet vanuit Zanzibar en Gaudibert vanuit Algiers, de Nederlandse broeder Theodore vanuit Woluwé en theologant de Louw vanuit Algiers. Via kennissen in Brabant was de jonge Sociëteit in contact gekomen met monseigneur Zwijssen, die Huize Gerra tijdelijk tot hun beschikking stelde. Van daaruit bouwden zij St. Charles in Esch bij Boxtel, waar zij op 7 april 1892 heen trokken. Ook andere congregaties zijn hier in hun startfase korter of langere tijd gehuisvest, bijvoorbeeld de Missionarissen van het Heilig Hart.

Vertrek uit het pand: 1892.