RK kerk H Lambertus
In gebruik
Kerkplein 7
Kerkrade

Gemeente Kerkrade
Limburg

(Kerk)gebouw

Kerk gebouwd in de 11e eeuw.
De kerk is platgebrand door hertog Hendrik van Limburg.
Nieuwe kerk gebouwd in 1108.
De kerk is op 14 december 1108 ingewijd.
Een nieuwe kerk is in 1725 in gebruik genomen.
In 1763 kwam de nieuwe toren gereed.
Nieuwe kerk gebouwd in 1843/44. Bakstenen gebouw van driebeukige aanleg, het inwendige sober uitgevoerd, met zuilen volgens Dorische orde tussen middenbeuk en zijbeuken. De halfronde absis werd tegen de oudere bakstenen toren aan gebouwd.
Op Sint Lambertusdag 17 september 1844 vond de consecratie plaats.
In 1955 wordt gesproken over vergroting van het kerkgebouw. Hierbij is architect ir F. Peutz betrokken. In 1956 werd de uitbreiding uitgevoerd. De zijbeuken aan de kant van de absis werden verlengd. De gehele kerk werd aan de westzijde vergroot met 200 zitplaatsen. De toren van 1763 werd opgetrokken tot 50 meter.
In het torenportaal een beeld van St. Sebastiaan, voorgesteld als Romeins officier, vervaardigd door beeldhouwer Schmitz uit Aken.
De kruiswegstaties zijn in 1850 geschilderd door de destijds in Rome werkende kunstenaar Bröls.
Een aantal mooie gebrandschilderde ramen met bijbelse voorstellingen.
Hoofdaltaar in het koor uit 1725 naar ontwerp van architect J.J. Couven uit Aken.
Preekstoel uit 1857 uit het atelier Dr. P.J.H. Cuypers uit Roermond.
Marmeren doopvont uit 1700.
De geelkoperen communiebanken zijn in 1895 vervaardigd te Bree, ontworpen door de kunstenaar Hermesdorf.
De moderne schildering uit de jaren vijftig in de koorabsis is overgewit.
De in die jaren bedekte neogotische polychromering op de absis is helaas niet hersteld.

Bronvermelding van het (kerk)gebouw

Boeken
Gregoir, Edouard Georges Jacques (1822-1890): Historique de la facture et des facteurs d'orgues, Antwerpen (1865)154
Harst, Hans van der: brochure St Lambertusk Kerkrade + inspelingsprogramma***
Harst, Hans van der: langs Nederlandse orgels IV 29, uitgave Bosch & Keuning te Baarn
Quaedvlieg, G.M.I.: Kerkorgels in Limburg (1975)11; uitgave Provinciaal Comit‚ Limburg
Tijdschriften en andere uitgaves
250 jaar orgelmaker Vermeulen 45
contactbrief voor kerkenverzamelaars 22(1989)27
de Mixtuur 64(1989)214-215*
het Orgel 12(1966)321, 1(1970)17, 2(1989)58-67 (10 foto’s)*
kerkepadgids (1987)54-55***
orgelfestival Limburg (2003)7 50*

Orgel locaties

Naam gebouw Plaats Periode
RK kerk H Lambertus Kerkrade -

Orgelhistorie

b: Joseph Binvignat & Zn., Maastricht 1827/28 voor de oude kerk; M I ap: 10
o: OIRSBEEK RK kerk H Lambertus 1841; M II vp:
b: Gebr. Joseph, Christian en Michael Müller, Reifferscheidt (Eifel, Dld) 1847/48; Monumentale kas met een 12-voets front. De kas kreeg een font, ontworpen door Gebr. Müller, maar ter plaatste vervaardigd; M II vp: Hw 14-Bov 10-Ped 9
- de opdracht werd op 4 juli 1847 gegeven. Najaar 1848 was het orgel voltooid
r: enkele jaren later. Trompet op het pedaal geplaatst
- Ook moet in later tijd een Euphone 8 geplaatst ter vervanging van de Fagott-Hautbois 8
- in 1955 bleek bij een inventarisatie enkele registers vervangen of gewijzigd, en liefst 13 stemmen te ontbreken
o: 1955/56; het orgel verloor zijn oorspronkelijke plaats. In de verlengde westpartij werd een diepe zangerstribune gebouwd met een betonvloer. De oude balustrade werd hier weer op aangebracht. Het orgel kreeg een plaats op deze tribune.
r: Fa. B. Pels & Zn., Alkmaar 1956/57; de windladen werden hersteld en ingericht op elektro-pneumatische tractie, ombouw: speel- en registermechaniek en windvoorziening vervangen, morderne verrijdbare speeltafel voorzien van talloze koppelingen en combinatieknoppen, Onderpositief ingericht als een neo-barok zwelwerk achter de hoofdkast, elektrische tractuur; EP II vp: Hw 13-Zw 12-Ped 8
adviseur Pierre Zeijen namens de KKOR
Ingebruikneming orgel op 5 mei 1957 met een bespeling door P. Wroniack en Nico Zeijen
- Al spoedig bleek het orgel in technisch opzicht onbetrouwbaar te zijn. Storingen deden zich voor en bleken keer op keer moeilijk te verhelpen. Reeds 20 jaar na de restauratie werd opnieuw gesproken over restauratie. In zijn rapport, gedateerd 1 maart 1977, luidde adviseur Hans van der Harst de noodklok over het orgel. Het orgel bleek in feite onbespeelbaar.
r: Gebrs. Vermeulen, Weert 1984/88; de orgelkas werd ontdaan van latere toevoegingen, nieuwe windvoorziening, de laden werden gerestaureerd, de klaviatuur werd op de oude plaats gereconstrueerd, in de linker zijwand van de onderkas, met Fagott/Hautbois uit UTRECHT RK kerk H Monica (van A. Derksen van Angeren uit 1838) die door Vermeulen beschikbaar werd gesteld; M II vp: Hoofdman 13-Opos 11-Ped 10
adviseurs Hans van der Harst namens de KKOR en O.B. Wiersma namens de Rijksdienst voor de Monumentenzorg
heringebruikname orgel op 17 januari 1988 met een bespeling door Albert de Klerk te Haarlem

Dispositie

1848:
Hauptmanuaal (I) C-f3
Principaal 16, Bourdon 16, Octav 8, Viola di Gamba 8, Bourdon 8, Offenflaut 8, Octav 4, Flaut 4, Quint 2 2/3, Octav 2, Cornett IV vanaf gº, Mixtur IV-V-VI, Trompet 8 bas/discant
Obermanual (II) C-f3
Gedakt 8, Salicional 8, Fernflaut 8 discant vanaf gº, Flauttraver 8 discant vanaf gº, Principal 4, Flautino 4, Flaut dolce 4, Quint 2 2/3 discant vanaf gº, Octav 2, Fagott 8 bas, Hautbois 8 discant
Pedaal C-c1
Principal 16, Violon 16, Subbass 16, Principal 8, Viola di Gamba 8, Quint 5 1/3, Octav 4, Posaume 16, Trompett 8, Claron 4 bas
Toonhoogte Preussischer Kammerton
 
1957:
Manuaal I C-g3
Prestant 16, Bourdon 16, Prestant 8, Bourdon 8, Openfluit 8, Gamba 8, Octaaf 4, Fluit 4, Quint 2 2/3, Octaaf 2, Mixtuur IV-VI, Cornet IV discant, Trompet 8
Manuaal II in zwelkast C-g3
Prestant 8 vanaf cº, Salicionaal 8, Vox Celeste 8 vanaf gº, Gedekt 8, Prestant 4, Fluit 4, Octaaf 2, Quint 1 1/3, Mixtuur IV, Sexquialter II, Dulciaan 8, Klaroen 4
Pedaal C-f1
Prestant 16, Subbas 16, Prestant 8, Gamba 8, Octaaf 4, Bazuin 16, Trompet 8, Klaroen 4
Koppels: I-II, Ped-I, Ped-II, Ped-II 4
Zes vaste combinaties. Een vrije combinatie. Registercrescendo. Automatisch pianopedaal. Afstellers Mixturen en Tongwerken
De oude windvoorziening, bestaande uit spaanbalgen, werd verwijderd.
 
1988:
Hoofdmanuaal (II) C-f3
Principal 16, Bourdon 16, Octav 8, Bourdon 8, Offenflaut 8, Gamba 8, Octav 4, Flaut 4, Quint 2 2/3, Superoctav 2, Mixtur IV-V-VI 2, Cornet III-IV vanaf gº, Trompett 8 bas/discant
Onderpositief (I) C-f3
Salicional 8, Hohlflaut 8 bas/discant, Fernfluit 8, Flauttravers 8, Principal 4, Flautino 4, Flaut Dolce 4, Quint 2 2/3, Octav 2, Sesquialter II, Fagott 8 bas, Hautbois 8 discant, Tremulant (inliggend)
Pedaal C-c1
Principal 16, Subbas 16, Violon 16, Principal 8, Gamba 8, Quint 5 1/3, Octav 4, Posaune 16, Trompett 8, Claron 4
Manuaalkoppel, Pedaalkoppel (ventiel- of windkoppel)
Achter het orgel werd een balgstoel geplaatst met drie spaanbalgen.
Winddruk 78 mm. Toonhoogte 449 tr. op a1 bij 16º, Temperatuur evenredig zwevend

Bronvermelding van bovenstaand orgel

Boeken
Geen informatie aanwezig
Tijdschriften en andere uitgaves
Geen informatie aanwezig
Laatste update: 2017-01-02 10:29:56