Doopsgezinde kerk
Nieuwe bestemming
(Kerk)gebouw
De Doopsgezinden werden in Friesland veelal Menisten genoemd, naar hun 16e eeuwse leidsman Menno Simonsz van Witmarsum. | |
De vermaning is gesticht tussen 1600 en 1620 als reizend leraar Leendert Bouwens uit Emden in Oost-Friesland hier vijf volwassen personen doopt. Het pand vooraan, staande in de Buorren, was dan ook de pastorie die de schuilkerk daarachter uit het zicht hield. | |
De doopsgezinde gemeente is steeds een vrij kleine minderheid in het dorp geweest. In 1695 telde de gemeente 32 niet-gealimenteerde leden op in totaal niet meer dan 100 zielen. Wel waren invloedrijke personen lid, zoals rond het jaar 1700 Rinse Rinses Roorda, eigenaar van Camstra-State in Firgum en wonende op Harkema-State aan de Hoarnestreek. | |
Overduidelijk is de deling van het gebouw te zien. De steensoort, het metselverband en de vensters en de daken van pastorie en vermaning zijn overduidelijk verschillend. | |
De gemeente had vrijwel voortdurend financiƫle problemen. In 1762 ging het laatste groepje lidmaten o.l.v. diaken Fedde Sjeerps over naar de gemeente Franeker. | |
De verlaten vermaning werd een woning. In 2013 staat ze er nog steeds. |
Bronvermelding van het (kerk)gebouw
Boeken | |
- |
Tijdschriften en andere uitgaves | |
contactbrief voor kerkenverzamelaars 69(2013)17-18 |
Laatste update: 2014-09-25 08:49:21