Hervormde Dorpskerk
In gebruik
(Kerk)gebouw
Bakstenen kerk en het benedendeel van de zadeldaktoren gebouwd in de 12e eeuw. Romaans schip, koor gotisch, later rechtgesloten. | |
Smaller koor en toren voltooid 13e eeuw. | |
Het stempel van het zeer rijke interieur is gedrukt door de families Van Ewsum en Von Inn- und Kniphausen, die na elkaar de nabijgelegen borg Nienoord bewoonden. Ze gebruikten de kerk feitelijk als eigen slotkerk. | |
Loge-achtige herenbank uit 1660. | |
Beroemd marmeren graftombe van Rombout Verhulst uit 1665/69 voor Carel Hieronymus baron Von Inn- en Kniphuizen, heer van de Nienoord, overleden in 1664 en zijn vrouw Anna van Ewsum. En van Georg Wilhelm von Inn- tot Kniphausen, overleden 1709. In de grote grafkelder onder het koor zijn meer dan 20 leden van genoemd geslacht bijgezet. | |
Op de orgelbalustrade staan de wapens van de geslachten Von Inn- en Kniphuisen en Van Ewsum. | |
De fraai met wapens beschilderde kerkbank van de baronnen bleef bewaard. | |
Rouwborden op het achterschot van de spreekstoel en op de voorkant van de orgelgalerij voor Caspar van Ewsum 1709 en Anna van Ewsum 1714. | |
De fraaie kansel werd in 1711 door Allert Meijer te Groningen gesneden. | |
Kerkrestauratie in 1911/13. De bestaande orgeltribune werd verdiept en uitgebreid. | |
Op 23 juni 1971 werd de kerk overgedragen aan de Stichting Oude Groninger Kerken (SOGK). In 1971 en in 1982 vonden enige reparaties plaats. | |
Een algemene restauratie van kerk en orgel startte in 1984 en werd op 26 maart 1986 afgesloten, toen minister Brinkman de kerk officieel in gebruik stelde. | |
De preekstoel uit 1711 is voorjaar 2005 gerestaureerd. | |
Nu hersteld Gereformeerde kerk in Ned vanaf ?? | |
PKN-kerk. | |
Het praalgraf komt niet in handen van de Stichting Oude Groninger Kerken. De overheid wil beide Rijksmonumenten vanwege de bezuinigingen afstoten. |
Bronvermelding van het (kerk)gebouw
Boeken | |
Bouman, mr A.: Nederland Orgelland 57, uitgave Spruyt, van Mantgem & de Does, Leiden 1964 | |
Brouwer: Sleutelstad-Orgelstad 27 | |
Brouwer: orgelluiken in Ned 13 afb. 14* 14 26 afb. 29* 27 28 afb. 32* 31 afb. 36* 37 40 47 48 afb. 59* 60* 63 afb. 82* | |
Gregoir, Edouard Georges Jacques (1822-1890): Historique de la facture et des facteurs d'orgues, Antwerpen (1865)44 133 ?? | |
Steensma: langs de Oude Groninger Kerken 13-15 foto's 10* 11* | |
Talstra, Frans: langs nederlandse orgels I 20 32 44 74*, uitgave Bosch & Keuning te Baarn |
Tijdschriften en andere uitgaves | |
contactbrief voor kerkenverzamelaars 11(1984)15, 16(1986)14, 17(1987)14, 54(2005)15 | |
de Mixtuur 5(1971)75, 7(1972)116-117, 34(1981)126 132, 51(1985)28, 57(1987)kaft* 323-324 328-331*, 64(1989)204 | |
de Orgelvriend 4(1988)24-25 | |
foto Groninger Orgelagenda (1996)13* | |
het Orgel 10(1955)front-pagina*, 10(1964)198 200*, 7/8(1976)248, 5(1971)189, 6(1987)236*, 2(1988)71-81 (16 foto's)* | |
kerkepadgids (1978)21, (1986)30-31** |
Orgel locaties
Naam gebouw | Plaats | Periode |
---|---|---|
Hervormde Dorpskerk | Midwolde | - |
Orgelhistorie
b: | Andreas de Mare, Bedum 1657 à 1660 met gebruik van onderkas, windlade en pijpwerk van een huisorgel van Levinus Eekman uit 1630 - gevat in een fraaie Hollandse eiken kast met ouder pijpwerk en beschilderde orgelluiken; M I: Man 4 - dat voorheen mogelijk in de kerk aanwezig was. Waarschijnlijk stond dit huisorgel oorspronkelijk op de borg Nienoord; de kas werd een halve slag gedraaid en hij plaatste daar bovenop een nieuw driedelige bovenkas met vleugeldeuren; M I: Man 7 |
r: | Matthias Amoor, Groningen 1e helft 18e eeuw |
r: |
Dirk Lohman en zoon Gerhard Diederich, Emden 1786/87; hersteling, schoonmaak, herintonatie en herstemming examinatie op 14 april 1787 door de groninger organist J.H. Tammen |
r: | Dirk Lohman 1786/87; reparatie |
r: |
N.A. Lohman 1808 of 1812 dispositie omstreeks 1850 van Broekhuyzen: M I: bas 6- discant 5 |
r: | Herman Eberhard Freytag |
r: | Anthonius van Oeckelen 1876 |
r: |
Fa. P. van Oeckelen & Zn., Glimmen 1911/13; vervanging van de registermechaniek en windvoorziening: bestaande uit een kleine magazijnbalg met één schepbalg, aan de achterzijde boven de orgelbank bediend door middel van een touw een rapport werd opgesteld in 1957 namens de Orgelcommissie der Ned Herv Kerk, . minutieus onderzoek door dr J. van Biezen en Koos van de Linde |
r: |
Albert H. de Graaf, Leusden 1986, de kas werd gerestaureerd door Woudenberg-Ameide te Ameide en schilder en kunstrestaurateur Lammert Muller te Zuidhorn; als uitgangspunt het Mare-orgel uit 1657, de niet originele grijze kleur werd vervangen door "doodkop" rode kleur. In de achterwand van de bovenkas werden weer luiken aangebracht, nieuwe registermechaniek, de bestaande windvoorziening werd gehandhaafd, de handpomp kan nog steeds worden gebruikt. De frontpijpen werden opnieuw gefoelied en de babia voorzien van nieuw bladgoud. Ontbrekend pijpwerk werd gerecontrueerd naar factuur van Eekman en De Mare; M I: Man 7 adviseur Klaas Bolt, m.m.v. dr Jan van Biezen, Koos van de Linde, Victor Timmer en Stef Tuinstra in overleg met de Rijksorgeladviseur O.B. Wiersma heringebruikneming orgel op 26 september 1986 met bespeling door Klaas Bolt, Koos van de Linde en Stef Tuinstra |
r: | Albert H. de Graaf, Leusden 1989; nieuwe inliggende tremulant |
r: | Albert H. de Graaf, Leusden 1995; de inliggende tremulant werd vervangen door een nieuwe opliggende tremulant |
r: | Orgelmakerij Van der Putten 2013/14; groot onderhoud. Plaatsing van een "Nagtegaal"; M I: Man 7 |
Dispositie
1630: | |
Manuaal C D E F G A-c3 | |
Roerfluit 4, Octaaf 2, Mixtuur II-III, Regaal 8 | |
Alle registers gedeeld bij c1-cis1 | |
Cymbelster. Nachtegaal | |
Windvoorziening: twee keilbalgen met meerdere vouwen | |
Toonhoogte: ongeveer 3/4 boven normaal: middentoonstemming | |
± 1660: | |
Manuaal C D E F G A-c3 | |
Roerfluit 8 bas/discant, Prestant 4 bas/discant, Octaaf 2 bas/discant, Quint 1 1/2 bas/discant, Mixtuur II-III bas/discant, Nasard 1 1/3 bas, Sesquialter II discant, Tremulant | |
Geen pedaal | |
Twee cymbelsterren | |
Twee spaanbalgen | |
Deling bas/discant tussen c1 en cis1 | |
Toonhoogte: ongeveer 3/4 boven normaal: middentoonstemming | |
Klaviatuur aan de achterzijde van het orgel | |
1850 (volgens Broekhuyzen): | |
Manuaal E-c3 | |
bas | |
Holpijp 8, Prestant 4, Fluit 4, Woudfluit 3, Fluit 2, Quint 1 1/2 | |
discant | |
Holpijp 8, Prestant 4, Fluit 4, Quint 3, Octaaf 2 | |
Ventiel.Tremulant. Twee blaasbalgen. | |
Toonhoogte: ongeveer 3/4 boven normaal | |
1964: | |
Manuaal | |
Holpijp 8, Praestant 4, Fluit 4, Quint 2 2/3 discant, Quintfluit 2 2/3, Octaaf 2 discant, Spitsgedekt 2 bas, Quint 1 1/3 bas | |
1970 (volgens Bouman): | |
Manuaal E-c3 | |
Holpijp 8, Praestant 4, Fluit 4, Quint 2 2/3 discant (oorspr. Sesquialera II discant), Quintfluit 2 2/3 (oorspr. Mixtuur III), Octaaf 2 discant, Spitsgedekt 2 bas (oorspr. Gemshoorn 1 1/3), Quint 1 1/3 bas (oorspr. Mixtuur II) | |
Geen pedaal | |
1986: | |
Manuaal C D E F G A-c3 | |
Holpijp 8 bas/discant (vanaf cº roerfluit), Prestant 4 bas/discant, Octaaf 2 bas/discant, Quint 1 1/3 bas/discant, Nasard 1 1/3 bas, Sesquialter II discant, Mixtuur II-III 2/3 bas/discant | |
Geen pedaal | |
Twee cymbelsterren | |
Deling bas/discant: c1/cis1 | |
Windvoorziening: kleine magazijnbalg met schepbalg en handpompinstallatie, Windmotor. | |
Stemming: gemodificeerde middentoonstemming met reine quinten op es-bes en bes-f | |
Toonhoogte ca. 3/4 toon boven a1 = 440 Hz. Winddruk: 63 mm. WK | |
2014: | |
Manuaal C D E F G A-c3 | |
Roerfluit 8 bas/discant, Prestant 4 bas/discant, Octaaf 2 bas/discant, Nasard 1 1/2 bas, Sesquialter II discant, Quint 1 1/2 bas/discant, Mixtuur II-III bas/discant, Tremulant | |
Twee cymbelsterren. Nagtegaal | |
Toonhoogte: ca. 3/4 boven normaal. Temperatuur: 1/4 komma middentoonstemming (enigszins gemodificeerd). Winddruk: 62,5 mm. waterkolom |
Bronvermelding van bovenstaand orgel
Boeken | |
Geen informatie aanwezig |
Tijdschriften en andere uitgaves | |
Geen informatie aanwezig |
Laatste update: 2018-06-02 11:50:30