Vrije Universiteit (VU) 1 Aula
In gebruik
(Kerk)gebouw
Het gebouw is gebouwd in 1972/73. In april 1973 is het gebouw met het orgel in gebruik genomen. |
Een electronische nagalminstallatie is in 1984/85 in de aula aangebracht door de Fa.Griffioen Electronisc te Amersfoort. De akoestiek werd sterk verbeterd. Via een geavanceerd systeem wordt nu nagalm in de ruimte gerealiseerd, en wel op een zodanige manier, dat van kunstmatige effecten of bijgeluiden geen sprake is. |
Op donderdag 17 januari 1985 werd het systeem gedemonstreerd; de avond werd besloten met een concert door Ewald Kooiman, vaste bespeler van het instrument. |
Het orgel wordt bespeeld bij openbare plechtigheden, bij speciale concerten en cursussen. |
Bronvermelding van het (kerk)gebouw
Boeken |
Oost, Ger/Wisgerhof, Bert: er staat een orgel 46 |
Tijdschriften en andere uitgaves |
de Mixtuur 51(1985)41, 80(1995)1043 |
de Orgelvriend 10(1975)28**, 9(1978)13*, 8(1980)30*, 2(1982)20-22, 6(1985)7* |
het Couperin-orgel van de Vrije Universiteit te Amsterdam** |
het Orgel 6(1973)173-174 186 (3 foto's*), 2(1985)78, 6(1990)congres 20-23 juni 140* 141 |
organist & eredienst 6(1979)123 |
Orgelhistorie
b: |
Jean Georges Koenig, Sarre-Union 1973, (pijpwerk en intonatie)het front is ontworpen door de architecten Ch. Nielsen en R. Poel. Het orgel is een geschenk van de Vereniging voor wetenschappelijk onderwijs op gereformeerde grondslag. Het instrument is gebouwd volgens de principes van de klassieke Franse orgelbouw "Couperin-orgel" in samenwerking met de Fa. Fonteyn & Gaal te Amsterdam (orgelkas, speeltafel, laden en het regeerwerk); M IV vp: GO 15-Pos 9-Réc 2-Echo 4-Ped 5
adviseurs prof dr F.C. Stam en drs Ewald Kooiman
Het orgel werd op 25 mei 1973 in gebruik genomen, een maand na de officiële opening van het hoofdgebouw
- Na 30 jaar waren herstelwerkzaamheden nodig |
r: |
Flentrop en Kaat & Tijhuis 2004/05; herstelwerkzaamheden en het pijpwerk opnieuw geïntoneerd om de klank te optimaliseren. Flentrop verschoof het metalen pijpwerk een halve toon en wijzigde de mensuren van de Fourniture en de Cymbale. Ook werden de koppen van de tongwerken vernieuwd. Kaat & Tijhuis werkten aan de slepen en de conducten.
Op 26 mei 2005 is het orgel weer in gebruik genomen |
Dispositie
1973 (Koenig): |
Grand orgue C-d3 |
Bourdon 16, Montre 8, Bourdon 8, Prestant 4, Flûte 4, Grosse Tierce 3 1/5, Nasard 2 2/3, Doublette 2, Tierce 1 3/5, Dessus de Cornet V discant, Fourniture IV, Cymbale III, Trompette 8, Voix Humaine 8, Clairon 4 |
Positif C-d3 |
Bourdon 8, Prestant 4, Nasard 2 2/3, Doublette 2, Tierce 1 3/5, Larigot 1 1/3, Fourniture III, Cymbale II, Cromorne 8 |
Récit gº-d3 |
Cornet V, Trompette 8 |
Echo gº-d3 |
Flûte 8, Flûte 4, Cornet III, Trompette 8 |
Pédale C-d1 |
Flûte 8, Flûte 4, Flûte 2 |
Pédale AA-d1 |
Trompette 8, Clairon 4 ("Ravalement") |
Koppelingen: Accouplement Grand Orgue - Positif, Tirasse Grand Orgue |
Tremblant Doux, Tremblant Fort |
Winddruk 72 mm. Stemming: gewijzigde middentoon-stemming Toonhoogte: een toon lager dan de huidige dispason |
Het pedaal is een kistpedaal |
Bronvermelding van bovenstaand orgel
Boeken |
Geen informatie aanwezig
|
Tijdschriften en andere uitgaves |
Geen informatie aanwezig
|
Laatste update: 2018-05-20 10:35:42