Hervormde Oude kerk hoofdorgel
In gebruik
(Kerk)gebouw
Kerk gebouwd in 1400. De toren is uit 1481 (begin 16e eeuw). | |
Kerk en torenrestauraties in 1905 en 1958. | |
De toren is in 1992 gerestaureerd. Zelfs de vergulde haan staat weer op de spits. | |
PKN-kerk. | |
Aan de Ned Hervormde Oude kerk is in 2000 ?? een dienstencentrum gebouwd. | |
Voor het nieuwe orgel moest in 2018 een nieuw orgelbalkon worden gemaakt |
Bronvermelding van het (kerk)gebouw
Boeken | |
Geen informatie aanwezig |
Tijdschriften en andere uitgaves | |
Geen informatie aanwezig |
Hoofdorgel
Orgel locaties
Naam gebouw | Plaats | Periode |
---|---|---|
Hervormde Oude kerk hoofdorgel | Soest | - |
Orgelhistorie
b: |
1819; geschonken door Prins van Oranje orgel door brand verwoest in 1875 |
b: | C.F.G. Witte, Utrecht 1876, geschenk van wijlen Prins Hendrik de Nederlanden; M II ap: Hw 9-Bov 3 |
b: |
Fa. J. de Koff & Zn., Utrecht 1957; met oud pijpwerk van Witte; M II vp: Hw 9-Rugpos 7-Ped 6 - het orgel verkeerde in 2018 in slechte staat |
b: | Albertus van Gruisen, Leeuwarden 1810/11 voor HARLINGEN Doopsgezinde kerk |
o/r: |
Petrus van Oeckelen 1858; overgeplaatst naar een groter gebouw en uitgebreid - aangekocht door VOLLENHOVEN Kleine kerk. Er was te weinig geld om het op te bouwen, het werd opgeslagen in een loods - in 2008 kwam het in handen van orgelbouwer Reil in de hoop er een passende bestemming voor te vinden |
o/r: |
Fa. Reil. Heerde 2018; RCE moest toestemming geven voor het inkorten van het orgelfront dat te breed was voor de kerk. Het orgel verkeerde ook in deplorabele staat. Veel frontpijpen waren plat gevouwen, geknakt en gebroken, geknakt en gebroken. De orgelkas die in 1900 was zwartgeverfd is na kleur onderzoek weer in oorspronkelijk lichte esdoorn-immitatie geverfd. adviseur Dirk Bakker |
Dispositie
1885 (Witte volgens van ’t Kruijs): | |
Hoofdmanuaal | |
Bourdon 16, Prestant 8, Octaaf 8, Octaaf 4, Fluit 4, Nazard 3, Woudfluit 2, Mixtuur, Trompet 8 | |
Bovenmanuaal | |
Viola 8, Holfluit 8, Fluit 4 | |
Pedaal | |
aangehangen | |
1959 (De Koff): | |
Hoofdwerk | |
Quintadeen 16, Prestant 8, Holpijp 8, Octaaf 4, Roerfluit 4, Octaaf 2, Mixtuur V-VI, Cymbel III-IV, Sesquialter, Trompet 8 bas/discant | |
Rugwerk | |
Roerfluit 8, Prestant 4, Fluit 4, Gemshoorn 2, Quint 1 1/3, Scherp, Kromhoorn 8 | |
Pedaal | |
Subbas 16, Octaaf 8, Octaaf 4, Ruispijp, Bazuin 16, Trompet 4 |
Bronvermelding van het hoofdorgel
Boeken | |
Kruijs, M.H. van 't:: disposities der verschillende orgels (1885)128, uitgave Frits Knuf, Amsterdam 1972 |
Tijdschriften en andere uitgaves | |
contactbrief voor kerkenverzamelaars 28(1992)17, 29(1993)22, 44(2000)40, 123(2018)8 | |
de Mixtuur 11(1973)203 | |
de Orgelvriend 7(1980)21 | |
de orgelmaker Witte 66 | |
het Orgel 11(1958)159, 7(1965)268* 281 | |
het Orgelblad IV(1961)13 | |
kerkepadgids (1978)32 |
Laatste update: 2018-06-22 11:46:42